Persoonlijk verhaal Academici en Toegankelijkheid

De grondlegger van dovenonderwijs in Ghana

Hoe Dr. Seth Tetteh-Ocloo een grote rol speelde in zowel academisch als non-academisch onderwijs voor doven en slechthorenden

Dr. Seth Lawrence Tetteh-Ocloo is de eerste dove Ghanees die ooit gepromoveerd is aan de universiteit. Tetteh-Ocloo promoveerde in de Verenigde Staten op de Universiteit van Southern Illinois in 1973, waar hij zich specialiseerde in speciaal onderwijs en onderwijsadministratie. Daarvoor behaalde Tetteh-Ocloo in 1965 in Washington D.C. zijn masterdiploma in “Education of the Deaf”. Dat deed hij op de Gallaudet Universiteit, wat wereldwijd de enige universiteit is die specifiek gericht is op studenten die doof of slechthorend zijn.

Onderwijs voor doven en slechthorenden maakt voor een groot deel de carrière en het leven van Tetteh-Ocloo op. Hij gaf les in het Amerikaanse systeem van dovenonderwijs en werd assistent-directeur op een school voor doven in Louisiana in 1978 – de laatste school die zwarte en witte kinderen samen naar school liet gaan in heel de Verenigde Staten. Tetteh-Ocloo zijn jaren in lesgeven startten echter niet aan het einde van zijn academische jaren.

De Ghanese missieschool

Ghanees-geboren Tetteh-Ocloo bleek op de basis- en middelbare school al een veelbelovende student te zijn. Nadat hij zijn gehoor verloor na gediagnosticeerd te worden met spinale meningitis, werd zijn onderwijs op pauze gezet in de derde klas van de middelbare school. Tetteh-Ocloo verlegde zijn focus al gauw van school naar het vinden van werk. Rond 1950 en na de Ghanese onafhankelijkheid in 1957 werden doven en slechthorenden in Ghana echter nog steeds als tweederangsburgers gezien. Het vinden van werk bleek met die verhoudingen ontzettend lastig.

In juli, 1957, ontmoette Tetteh-Ocloo de Afrikaans-Amerikaanse dominee en missionaris Andrew Foster. Tetteh-Ocloo werd door Ghana’s nationale afdeling van maatschappelijk welzijn aangeraden om naar zijn kerkdienst te gaan, omdat Foster ook doof was. Tetteh-Ocloo beschrijft dat in een interview met Joel Runnels als een bijzonder moment: hij had nog nooit een Afrikaan ontmoet die doof was, maar ook kon lezen en schrijven. 

Foster daagde de geïnternaliseerde negatieve aannames over ongelijkheid tussen doven en niet-doven uit.

Foster was van plan meerdere scholen in Afrika te openen onder het mom van de Christelijke Missie voor de Doven en deed dat. Foster heeft in zijn leven 31 verschillende scholen opgericht door Afrika heen. Nadat de twee elkaar ontmoetten, vroeg Foster Tetteh-Ocloo om met hem de eerste Ghanese missieschool voor doven en slechthorenden op te richten vlakbij Accra. Naar eigen zeggen had Tetteh-Ocloo daar initieel zijn bedenkingen bij, maar zag in dat deze baan zowel goed was voor de doven in Ghana als een geschikte baan voor zichzelf. Hij was verkocht op het moment dat hij Foster met vijftien kinderen Jesus Loves Me in het klaslokaal zong, met gebruik van gebarentaal. Tetteh-Ocloo en Foster zouden daar een tijdje samen lesgeven.

Figuur 1: Dr. Tetteh-Ocloo (linksboven) met Andrew Foster (midden) en de eerste klas van dove studenten op de Ghanese missieschool vlakbij Accra op 10 september, 1957. Bron: Foster Family Archive

Zonder eerdere ervaring te hebben gehad met lesgeven, was Tetteh-Ocloo zeer toegewijd aan de school. Naar eigen zeggen hielp hij bij alles wat nodig was om de school te laten draaien, van het koken van maaltijden tot het lesgeven van de studenten. Tetteh-Ocloo fungeerde een tijdje als rechterhand van Foster, tot Tetteh-Ocloo andere dove en slechthorende Ghanezen overtuigde om les te komen geven aan de school. De nieuw aangetrokken leraren kregen, zoals Tetteh-Ocloo en Foster, weinig tot niets betaald.

Ephphatha fondsenwerving

Figuur 2: Ephphatha Appeal Fund. Een boekje van vier pagina's lang, geprint voor fondsenwerving voor de Ghanese missieschool, 1957. Bron: Foster Family Archive

Om geldproblemen tegen te gaan, brachten Tetteh-Ocloo een “Ephphatha Appeal Fund” uit in de vorm van een vier-pagina-lang boekje om geld in te zamelen. Daarin stond beschreven dat er voor het eerst in de Ghanese geschiedenis speciaal onderwijs was voor doven en slechthorenden. Het boekje bevatte foto’s van Tetteh-Ocloo en Foster die lesgaven aan de kinderen en resultaten die ze behaald hadden. Dove kinderen konden leren lezen, schrijven en meedoen met religieuze activiteiten. Ephphatha betekent: “wees geopend” en is een gezegde uit de bijbel.

Tetteh-Ocloo beschreef later in 1972 hoe zijn avondlessen geregeld onderbroken werden om aan donateurs te laten zien wat de school bereikt had.

De meer bekwame studenten moesten geïnteresseerde bezoekers laten zien wat ze konden doen. Ze zongen Christelijke hymnes, voerden een academische taak uit of amuseerden de bezoekers op een andere manier. Zoals dat al honderden jaren ging.

Uiteindelijk bleek het boekje niet genoeg te zijn om geld in te zamelen. Tetteh-Ocloo vertelde in 1972 dat ze met de opbrengsten niet eens de kosten van het printen van de boekjes hebben kunnen dekken.

Gebarentaal

In 1957, gebruikten Tetteh-Ocloo en Foster een zelfgemaakt blaadje om gebarentaal aan hun studenten te leren. Het blaadje bevatte kleine illustraties van handposities met daarnaast de letters, wat algemeen bekend is als vingerspelling. Dit blaadje werd geprint in Ghana en verder gedistribueerd in Afrika door Foster. Het Ghanese Ministerie van Onderwijs erkende gebarentaal en vingerspelling officieel een aantal jaar later, mede door dit blaadje.     

Het blaadje dat door Tetteh-Ocloo en Foster geprint en gedistribueerd werd. Bedoeld om de studenten gebarentaal te helpen leren in de eerste school voor doven en slechthorenden in Ghana, 1957. Het type gebarentaal is vingerspelling. Bron: Foster Family Archive

Er waren echter al wel gebarentalen in Ghana voordat Foster en Tetteh-Ocloo zich er mee bezig gingen houden. Uit grotere debatten over doven en slechthorenden blijkt dat er vrijwel altijd een vorm van gebarentaal wordt ontwikkeld als er meer dan twee doven in een gemeenschap wonen. Gebarentaal wordt op die manier aangepast met gebaren die te maken hebben met dagelijkse benodigdheden.

Volgens Tetteh-Ocloo zou Foster in eerste instantie geen serieuze rekening gehouden hebben met inheemse gebarentalen. Wellicht zag hij ze als minder in verhouding tot de Amerikaanse gebarentaal die hij introduceerde aan de doven in Ghana. Tetteh-Ocloo en Foster kwamen er echter snel samen achter dat ASL niet paste bij wat voor communicatiebenodigdheden doven in Ghana nodig hadden. Ze werden daardoor uiteindelijk juist aangemoedigd om hun eigen gebarentaal te starten door Tetteh-Ocloo en Foster.

Zo is Ghanese gebarentaal (GSL) een spin-off van Amerikaanse gebarentaal (ASL). Het lijkt heel erg op elkaar, maar GSL incorporeert lokaal gevestigde gebaren en is over het algemeen lakser in de parameters voor handvormen. Die kleine aanpassingen op ASL zijn afkomstig uit lokale Ghanese gebarentalen, zoals Adamorobe gebarentaal (AdaSL) dat is ontstaan in het Ghanese dorpje Adamorobe.

Dovenonderwijs in Ghana na Dr. Tetteh-Ocloo

In 2022 had Ghana 20 onderwijsinstellingen beschikbaar voor doven en slechthorenden. Ter vergelijking, Nederland heeft er maar vier, terwijl we meer dan de helft van het aantal inwoners van Ghana hebben. De reden dat er zoveel scholen zijn, ligt in een door een staatsgeleide ontwikkeling in welvaart en sociale voorzieningen die ingezet werd vanaf 1950. De Ghana Society for the Deaf werd opgericht om organisaties van vrijwilligers te groeperen en centraliseren. In 2022 gebruikten alle 20 instituties in Ghana gebruiken Ghanese gebarentaal (GSL).

Toch waren er in 2022 nog steeds grote problemen in onderwijs voor doven en slechthorenden in Ghana. Van de 110 duizend dove kinderen in Ghana, heeft zo een 80 procent geen toegang tot onderwijs. Dit komt deels door beperkte ruimte in scholen, maar vooral door het feit dat veel van de leraren op scholen voor doven en slechthorenden gebarentaal niet beheersen. De Ghana National Association of the Deaf (GNAD), een organisatie die mede door Tetteh-Ocloo opgericht is – en daar zeven jaar als directeur fungeerde – heeft geprobeerd deze situatie op te lossen. Zij pleiten nog altijd voor het gebruik van tolken op school, om gesproken woorden te vertalen naar gebarentaal. Hoogleraar aan de Ghanese Kwame Nkrumah Universiteit, Wisdom Mprah, suggereert dat er geen uniform beleid is voor onderwijs voor doven en slechthorenden. Dat resulteert in leraren die leermethodes aannemen gebaseerd op hun eigen voorkeur. In 1965 was dit probleem volgens Tetteh-Ocloo al bekend:

Er zijn vrijwel geen faciliteiten in Afrika om dovenleraren te onderwijzen. We moeten naar andere landen kijken om de leraren op te leiden, iets wat wij niet kunnen betalen.

Tetteh-Ocloo gaf enkele jaren les aan de Ghanese missieschool en deed veel ervaring op in het onderwijs voor doven en slechthorenden. In 1961 vertrok hij naar Amerika, nadat hij naar eigen zeggen geïnspireerd was geraakt door Foster. De school die Tetteh-Ocloo en Foster samen hebben opgericht is recentelijk vernoemd naar Tetteh-Ocloo. De school erkent op deze manier de grondlegger van non-academisch dovenonderwijs in Ghana. In 2022 was hij nog steeds een intrinsiek onderdeel van het fundament van de school. Zelfs op latere leeftijd bezocht hij de school vanuit de Verenigde Staten voor bijzondere gelegenheden.

Geschreven door:

Niels Nordholt & Charlotte Spiering